66 jaar uit Mechelen, digivrijwilliger bij S-Plus en Avansa
Ouder worden is ook grenzen verleggen en nieuwe engagementen aangaan
Waarom doe je mee met de fotoshoot?
Cathérine: “Ik vind het onderwerp ageïng heel belangrijk. Het staat vandaag enorm in de kijker. Ik ben sinds vorig jaar, op mijn 65, met pensioen gegaan, maar ik was eigenlijk van plan om tot mijn 67 te werken. Maar omdat mijn man ziek is geworden, en uiteindelijk overleden, was ik te moe om nog te werken en was ik eigenlijk alles kwijt in 1 keer. Je moet dan zoeken naar nieuwe doelen. Ondertussen ben ik er aan het vinden, maar het is pas dan dat je beseft dat je op een leeftijd komt dat iedereen denkt ‘ze is sterk genoeg, die kan dat wel aan’. Maar je hebt afscheid genomen van al die dingen en je staat plots alleen. Dat wordt zo weinig beseft. Mijn jongste zoon zegt vaak: ‘je bent nog maar 66, dat is nog maar aan 2/3 van je leven als alles goed gaat’, en dat is waar maar het is moeilijk om dat te bevatten. Het is echt confronterend. Het heeft mij een jaar echt moeite gekost om een weg te vinden. Dat is nu stilletjes aan het gaan, maar het is heel moeilijk.
Ik engageer mij in de Mechelse Ouderenraad, de Wereldwinkel, Avansa, Duoforajob, ... soms moet ik nu al kiezen
Mijn werk was heel fijn, maar ook heel zwaar. Ik was facility manager bij de FOD mobiliteit en vervoer. Ik had een team van meer dan 70 mensen onder mij. Ik heb corona doorvloed, met poetsers, onthaal, chauffeurs, maar ook aankopen, dus was verantwoordelijk voor alles. Terwijl dat mijn man chemo kreeg. Dat is allemaal heel goed gegaan, dan heeft hij zijn operatie gehad, dat was ook goed gegaan, maar het herstel is niet meer gelukt. Na een week is hij terug in het ziekenhuis beland en hij is er nooit meer uitgekomen. Ik ging elke dag naar het ziekenhuis, ik heb een beetje afstand moeten nemen van mijn werk, terwijl dat mijn drive was, mijn alles. Je kan dan, na een halfjaar, niet meer gewoon die draad terug opnemen, omdat je moe bent, mentaal. Ook omdat ze dingen hebben gedaan waar ik niet akkoord mee ben en je hebt de kracht niet meer om er voor te vechten. Dus, je moet afscheid nemen, ook al zeggen ze dat je het nog kan. Ik kon dat echt niet op dat moment, ik zag dat echt niet zitten om terug te werken. Door alles wat ik heb meegemaakt moet ik veel meer reminders zetten, zodat ik niet vergeet. Ik zet regelmatig wekkers overdag om bepaalde dingen te doen, ik zit soms zo verdiept in zaken dat ik dingen vergeet, te vertrekken bijvoorbeeld. Ik denk niet dat ik het nog zou kunnen. Dat heeft mij zodanig uitgeput. Ook al heb ik altijd gezegd tot mijn 67 jaar, zelfs langer, want Cathérine plukte de dag en stapte er door, als ik maar kon werken.
Nu ben ik mij aan het engageren in de Mechelse Ouderenraad, de Wereldwinkel, Avansa, Duoforajob. Als ik begin te tellen heb ik wel al vrij veel. Soms moet ik nu al kiezen, en ik moet ook wat tijd over hebben voor mij, dat het geen verplichtingen wordt. Ook vandaag is het weer een grens verleggen, naar ergens gaan dat je niet kent, ik was nog nooit in Antwerpen Zuid geweest, met dat slecht weer. Ik kan gemakkelijker dan vroeger zeggen ‘ik ga toch maar afzeggen’, maar zo ben ik niet. Een engagement, dat ga ik aan. Ik had mijn ticket van de trein al gekocht, dan heb ik al die stap gezet, en het was dan minder aan het gieten toen ik vertrok thuis.
Dat was mijn aanzet voor de fototentoonstelling. Mensen zien het niet aan ons, en aan de andere kant heb je al die vooroordelen. Het is hittegolf geweest, en dan denkt iedereen dat we niet meer kunnen drinken, dat wij allemaal aan een beker hangen want wij kunnen voor onszelf niet meer zorgen. Maar het scala tussen 60 en 100 is zodanig groot. Je kan niet spreken van de oudere, dat gaat gewoonweg niet.”
Je kan niet spreke van de oudere, het scala tussen 60 en 100 jaar is zodanig groot
Mensen voelen zich niet zo snel oud, maar ze worden wel zo bekeken.
Cathérine: “Ja, maar tussen uw oren heb je dat niet hé. Soms kijk je eens in de spiegel en denk je ‘oei, ben ik dat’, maar zolang je alles nog kan doen wat je vroeger deed, dan voel je dat het niet klopt.”
Ben je al eens persoonlijk geconfronteerd met een vooroordeel?
Cathérine: “Neen, niet echt, mensen zeggen vaak ‘je ziet er helemaal nog zo oud niet uit’. Hoe oud moet je er uit zien om er oud uit te zien? En hoe oud moet je zijn om oud te zijn? Dat is inderdaad waar, ik heb dat ook gezien in mijn team, sommige mensen die met pensioen gingen en dacht ik dit jaar is het ook mijn beurt maar zij zagen er ouder uit dan ik. Sommige zijn precies dood of afgeleefd, terwijl er nog zoveel op hen staat te wachten.
De eerste keer toen ik besefte dat ik ouder werd, was toen ik rekruteerde, en als ik mensen van de leeftijd van mijn kinderen begon aan te werven dacht ik oei. Nu zijn we toch aan een grens gekomen, en dan werden ze maar jonger en jonger. Dan voel je het toch wel. Op die momenten is dat confronterend.”
Vooroordelen: senioren zijn te oud om digitaal mee te zijn in de samenleving
Cathérine: “Mensen denken dat vaak, mijn jongste zoon kan ook zo lachen met mij. Maar hij mag dat wel, hij zit digitaal wat voorop, hij is een videojournalist en hij doet al dat soort dingen. Het is wel zo dat wij dat op school nooit hebben meegemaakt. Als ik ben beginnen werken, dat was toen bij de RTT in ‘81, dat waren terminals. Je kon alleen maar dingen opzoeken. Speels als wij waren zijn we nog verder gaan zoeken naar dingen die we niet konden vinden. Dat was het eerste. Dan heeft het jaren geduurd voor wij een opleiding kregen rond pc en dat soort dingen, en dat was zo gek. Dat programma heette Golden Gate, ik zie die poort nog openen en ik vroeg mij af wat wij hier zaten te doen, wat leren we eigenlijk, ik vatte het niet. Dan kregen we de opleiding hoe je folders moest maken, maar ik dacht ‘waarom moeten wij dat leren, ik heb niets voor die folders?’. Wij werkten nog met dactylos. Ze probeerden ons wel voor te bereiden, maar op een bepaald moment word je er wel ingesmeten. Ik heb zelf nog les gegeven over het internet. Hoe dat ontstaan is.
De eerste GSM. Ik heb in de winkel gestaan bij Belgacom en ik verfoeide de GSM’s, ik vond dat verschrikkelijk. Dan ging ik lesgeven, en het eerste wat ik moest leren was het WAP-protocol. Iets wat ze nu niet meer over spreken, maar dat was een protocol om beelden en teksten te versturen. Daar werd niet veel aandacht aan gegeven.
Nu geef ik als vrijwilliger Swipecafés bij S-Plus, bij Avansa geef ik les rond veiligheid op het internet en Facebook.”
De digitalisering hebben wij op school niet meegemaakt, maar nu geef ik als vrijwilliger les rond veiligheid op het internet en Facebook
Je vindt dat zelf ook heel belangrijk om digitaal mee te kunnen?
Cathérine: “Mechelen is daar goed mee bezig, die zijn mee gestapt in al die digi-punten. Er komt een dag dat alles met de QR-code zal gaan, of met Itsme. Als je dat niet doet, uw documenten, al die papieren, treinticket op je identiteitskaart, je moet mee hé. Ik denk dat het onze taak is als 60-65, om te zorgen dat die van 70-80 dat ook kunnen en als zij het niet kunnen dat wij er tenminste voor hun zijn om te helpen. Het is waar de maatschappij naartoe gaat en wij moeten hen helpen. Als wij het niet doen, wie dan wel?
Gisteren is er een madam gekomen, die heeft 1,5 uur op de bus gezeten om daar te komen, en ik had gezegd dat ik Apple doe, ik heb een iPhone en die kwam met een Samsung. Al de rest heb ik haar kunnen helpen, maar haar apps mooi ordenen op haar GSM is me niet gelukt. Ik heb naar Samsung een Whatsapp gestuurd om een antwoord te krijgen, maar nog niets gekregen. Als dat hun nieuwe manier van communiceren is, dan moeten ze het zo maar doen. Ik volg ook de opleiding tot digi-coach. Ik kan begrijpen dat er zo van die vooroordelen zijn. Bij de Mechelse Ouderenraad hebben ze een digi-team, daar zit ik niet in, die mensen doen dat goed. Die doen van die kleine hulpjes: hoe moet ik een busticket of treinticket nemen? Digitale wandelingen door Mechelen. Probleem is altijd hoe je mensen moet bereiken.
Ik denk dat de 65-ers zeker nog wel mee zijn met het gebeuren, omdat je moet. Die komen nog niet lang uit de werkomgeving. Corona heeft ook bijgedragen dat veel mensen daar sneller ingestapt zijn dan normaal.”
Vooroordeel: senioren komen niet meer op voor hun eigen mening, hebben geen mening, in woonzorgcentra wordt er over hun hoofd gepraat
Cathérine: “In een ziekenhuis is dat ook. Als je patiënt bent, dan spreken ze tegen de persoon die bij jou is, niet tegen jou. Zelf heb ik dat nog niet meegemaakt, maar ik denk dat dat komt omdat ik mij vaak op de achtergrond probeer te houden. Ik ben een persoon die de indruk geeft dat ik naar voor kom, maar dat wordt verkeerd geïnterpreteerd. Ik ga alleen maar iets zeggen als ik echt vind dat ik een meerwaarde heb, dat ik iets kan toevoegen. Maar mijn mening vragen, dat heb ik nog niet meegemaakt.”
Vind je dat over het algemeen dan, dat er niet wordt geluisterd naar senioren?
Cathérine: “Dat denk ik wel, omdat de groep van senioren altijd maar groter wordt. In Mechelen zijn we nu aan 23 % 60-plussers. Als je dan bijvoorbeeld een organisatie ziet als Maanrock, dan wordt daar niets voor gedaan, of misschien wel maar het wordt niet in the picture gezet als zijnde voor die doelgroep.
Als alle senioren die vrijwilligerswerk doen een week staken, dan ligt de maatschappij plat
Vanuit de Mechelse Ouderenraad zijn we nu aan het schrijven aan een memorandum. Dat is nu al de 2e of 3e, voor de verkiezingen, om te presenteren naar iedereen. Op basis van de behoefteanalyse die we gedaan hebben, hebben we werkgroepjes gedaan deze zomer rond verschillende thema’s, en nu zijn we de conclusies aan het uitschrijven in het memorandum. We gaan ons best doen om onze stem opnieuw te laten horen.
Je hoort ook in de analyse dat mensen zich niet gehoord voelen, of dat ze zeggen dat er niets voor ouderen is. Maar hoe moeten wij die mensen bereiken? Wij hebben dat gevraagd aan de gemeente, in het memorandum staat bijvoorbeeld een puntje dat ze iets doen voor de nieuwkomers in Mechelen, doe dan ook iets voor mensen die op een keerpunt staan in hun leven en laat dat nu 60 jaar zijn. We kunnen niet weten wanneer iemand op pensioen gaat wegens GDPR. Maar zij kunnen iets organiseren voor die mensen, en tonen wat de mogelijkheden zijn.”
Vooroordelen: senioren hebben geen meerwaarde
Cathérine: “Als alle vrijwilliger senioren een week staken, dan ligt de maatschappij plat. Dat zou niet slecht zijn als de vakbonden dat eens oproepen. Maar we zouden het waarschijnlijk niet kunnen doen wegens ons engagement voor de mensen die op ons rekenen. Maar het zal wel serieus gevoeld worden. Dat is een serieuze misvatting.
Er is zoveel. Mechelen heeft een databank vrijwilligerspunt. Als je daarin gaat zoeken, dan stopt het niet, maar de mensen weten niet dat het bestaat. Je ziet dat veel mensen nog iets willen doen, maar ze weten niet wat. In de zorg gaan ofzo, maar ik heb niets met zorg. Er zijn zoveel organisaties die nog mensen zoeken.
De Mechelse Ouderenraad, dat sluit wat aan bij mijn werk. Vergaderen, nadenken, mensen raad geven. Ik zit in het promoteam, in het adviesteam. Ideeën die we krijgen worden getoetst aan een aantal punten. Ik heb er zo al 2 gekregen. Mechelen heeft zo van die gevelbanken, Mechelaars kunnen die aanvragen aan hun gevel om interactie te stimuleren. Ze wouden dat meer in the picture zetten. Dus dat is wel gelukt: Mechelen heeft dat op de kaart (website) gezet, maar we wouden er meer rond doen, zoals wandelingen. De gemeente zei dat het te privatief was, mensen kunnen dat ook wegnemen, dus we hebben dat nu met picknicktafels gedaan, we hebben daar volledige wandelingen gedaan. Dat is ook weer uitgerold in een advies, dat klaarligt om mee verder te gaan. Ik had ook zitbanken tot mijn taak genomen. Nu gaan ze een demo-plaats doen op onze Vesten (?), met verschillende ondergronden waar mensen kunnen gaan zitten en hun mening kunnen geven. Dat is het adviesteam.
Het promoteam, dat is ons kenbaar maken, dat is moeilijk. De mensen zouden moeten leren zoeken. Ze hebben een nood en behoefte, en dat weten ze wel, maar ze weten niet hoe ze moeten zoeken. Al die mensen die iets willen doen, zouden zich gelukkiger voelen als ze weten hoe ze het moeten vinden. Als ik geen reden zou hebben om ’s morgens op te staan, ik maak ook eten voor mijn jongste zoon, die woont alleen en doet dat videogedoe, dat is voor mij super dat ik dat mag doen. Maar dat zijn mijn redenen om ’s morgens op te staan, ik zet terug mijn wekker.
Als 60-plusser is het onze taak om te zorgen dat de 70-plussers digitaal mee zijn
Ik doe ook de fb-pagina van de Mechelse Ouderenraad en van Huis van de mens. Dus als ik opsta ’s morgens dan doe ik eerst mijn fb, dan de andere. Dan ben je al een uurtje kwijt. Bij de Wereldwinkel ben ik backup. En gelukkig, want ik wil elke dag iets posten. Ik zorg ook voor de foto’s als we iets doen, ik doe daar de vrijwilligerswerking bv, dat is 1 keer in de maand samenkomen om te zien wat we kunnen doen voor de vrijwilligers, dan doen we eens een wandeling en neem ik foto’s. Als je dat een beetje wilt doen, dan kruipt daar tijd in. Je je wilt ook andere pagina’s liken, want je wilt je aanwezigheid niet enkel tonen door er iets op te zetten, maar door ook aanwezig te zijn voor die andere pagina’s. Maar de meeste interactie krijg je met je eigen foto’s, iets dat je zelf gedaan hebt.
Wij zijn verhuisd 5 jaar geleden, van Hoeilaart naar Mechelen terug. Als je daar heel je leven gewerkt hebt, en je gezin daar hebt gehad, heb je eigenlijk niets. Je komt alleen te vallen, maar je hebt ook geen netwerk meer. Je moet dat allemaal volledig weer opbouwen. Ik ben blij dat we dat gedaan hebben rond mijn 60ste. Stel dat het rond mijn 70ste was geweest, en je moet dan nog een netwerk opbouwen … Maar je weet niet wat je je morgen kan overkomen natuurlijk. Ik denk soms ook, ondertussen ken ik die die die die, en die kende Jean-Pierre allemaal niet, mijn man. Hij was een politieker en hij kende in Hoeilaart iedereen, en nu ken ik een pak mensen die hij niet kent. Dan ben ik wel trots op mezelf dat ik dat allemaal op 2 jaar gedaan heb. Hij zou ook trots op mij geweest zijn.”
Foto: Frank van Hollebeke