Al geruime tijd laten wij onze etensresten in de tuin achter. Wat oud brood, een overschotje groenten en aardappelen, je kent het wel. Vroeger kieperden we dat allemaal in de vuilbak, nu laten we het aan de beestjes.
En ik moet zeggen: het werkt. Langer dan een paar uur liggen de restjes er nooit. De meeste worden opgegeten door eksters, maar ook een merel of een meesje wagen zich aan het banket. Ja, nu ik er over nadenk, moet ik vaststellen dat we heel wat vogels aantrekken met onze gewoonten.
Ik vind het leuk, die beweging in de tuin
Ik vind het leuk, die beweging in de tuin, de voorzichtigheid waarmee naar ons wordt gekeken, om toch maar niet gevangen te worden. Ik kan er uren van genieten. Niet dat ik van plan ben vogels te vangen, helemaal niet, maar ik denk dat de beestjes het in de winter toch niet gemakkelijk hebben, en dat ze een klein duwtje in de rug kunnen gebruiken. En anders komt het toch maar in de vuilbak terecht.
Laatst liet ik een afgekloven karkas van een kip achter. Dat zal wel blijven liggen dacht ik, maar dan had ik zonder de eksters gerekend. Ze vochten ervoor, en binnen het uur was alles weg. Botten en al, alles was verdwenen. Van opruiming gesproken. Dit moet ik vaker doen, dacht ik, en was al van plan om in de toekomst wat extra te koken, om zeker iets in de tuin te kunnen leggen.
Ik was dus nogal in mijn nopjes over de symbiose tussen mens en vogel, tot ik ging kijken hoe het met onze fruit gesteld was. Onze kersen, onze besjes, onze appels en mirabellen. Tja, toen was ik minder gelukkig over de samenwerking met onze gevederde vrienden. Ik had namelijk een vogelschrik geplaatst naast onze fruitbomen, en die leek nogal op mij. Een T-shirt, met een klakje, een korte broek, van ver leek het of er een echt mannetje stond. De vogels waren er niet van onder de indruk, of in ieder geval, ze waren er niet bang van. Al het fruit was weg. Ik kan mijn fruit kopen in de winkel dit jaar.
Ik was dus nogal in mijn nopjes over de symbiose tussen mens en vogel, tot ik ging kijken hoe het met onze fruit gesteld was
Als wraak besloot ik geen etensresten meer te zetten in de tuin. Als ze mijn fruit opeten, moeten ze maar zelf hun eten zoeken. Die reactie dus.
Maar mijn hart smolt toen ik onlangs een ekster op ons terras zag wandelen, en op ons raam kwam tikken. Hij leek te vragen waar we met zijn eten bleven. Het bordje in de tuin was al een paar dagen leeg gebleven, en alle fruit was op. Ik heb honger, leek het beestje te zeggen. Tegen zoveel menselijk gedrag ben ik niet opgewassen, en ik heb dadelijk een bordje met etensresten buitengezet.
Ik zal volgend jaar dan maar een betere vogelschrik maken, en netten spannen over mijn fruit. Ook dat is menselijk gedrag. De vogels moeten nog zoveel leren over ons ... In hun ogen moet ons gedrag nogal onvoorspelbaar zijn. De restjes mogen ze eten, maar van mijn fruit blijven ze best af.