Memorandum 2018: 11 gezichten voor je gemeente

14-10-2018

Op 14 oktober 2018 trokken we naar de stembus voor de gemeenteraadsverkiezingen.

De gemeentelijke bevoegdheden zijn erg ruim en omvatten
alles wat te maken heeft met de collectieve noden van de inwoners.
Dat gaat van het bouwen van een sporthal tot het aanleggen van
wegen. De gemeenten zijn bevoegd voor openbare werken, sociale
bijstand, ordehandhaving, huisvesting, onderwijs, en binnenkort
zelfs het lokaal sociaal beleid.

Deze ruime bevoegdheden hebben heel wat impact op de inwoners.
Maar waar liggen de ouderen in hun gemeente van wakker? Vaak
zijn er voor de plussers specifieke noden, of het nu gaat over
actieve vijftigers, of brozere tachtigers. Een goed lokaal beleid is
leeftijdsvriendelijk, voor alle inwoners, zonder onderscheid.

Nu al is 1 op 4 inwoners in Vlaanderen een 60-plusser. Langer leven
zou automatisch moeten gepaard gaan met extra aandacht voor
ouderen en hun noden. Ouderen hebben heel wat bijgedragen aan de
maatschappij, en doen dit nog altijd.

Ze verdienen een warme begeleiding op maat, met de beste zorgen.
We kunnen dit samen financieren in solidariteit tussen arm en rijk,
jong en oud, gezond en ziek.

S-Plus stelt 11 gezichten voor, 11 plussers met pit die een mening
hebben en vertellen wat hun verwachtingen zijn. Ieder met zijn eigen
accent, ieder met een specifieke eis.

Bijlage
 

Memorandum verkiezingen 2019

29-04-2019

Dit jaar, op 26 mei, trekken we weer met z'n allen naar de stembus. We stemmen dan voor de Vlaamse of Brusselse, federale en Europese verkiezingen.

S-Plus wil dat politici in hun beleid veel meer rekening houden met senioren. Vandaag maken senioren ongeveer 26% van de Vlaamse bevolking uit. Die groep groeit nog. Dat zorgt voor de nodige uitdagingen, maar zeker ook voor kansen. Senioren zijn erg verschillend, maar willen en kunnen elk op hun manier participeren in onze maatschappij. Oud zijn betekent immers niet dat ze 'out' zijn. Om die boodschap duidelijk te maken, schreef S-Plus een memorandum aan de politici.

Bijlage
 

Waardeer het ouder worden

01-04-2019

We willen allemaal oud worden, maar we willen vooral niet oud zijn.

“We leven in een cultuur waarin jong zijn gekoppeld wordt aan schoonheid”, meent gerontoloog Els Messelis, “Laten we maar eens wat meer oude lichamen tonen in de media. We weten allemaal dat we uiteindelijk grijze haren krijgen en dat onze huid minder elastisch wordt, maar we vinden het moeilijk om dat te aanvaarden.”

Geriater? Gerontoloog?

De geriater buigt zich over de fysieke aandoeningen die gepaard gaan met ouder worden. De gerontoloog bestudeert vooral de psychosociale noden en behoeften van (kwetsbare) ouderen.

Els: "Ik leg mij toe op het welbevinden, de motivatie, het cognitief en sociaal functioneren van ouderen. Hoe zorgen we ervoor dat ouderen, zorgbehoevend of niet, nog goesting hebben en gemotiveerd blijven om dingen te doen met hun leven? Een goed sociaal netwerk en langdurige vriendschappen zijn daarbij heel belangrijk. Ik krijg het op mijn heupen van mensen die met pensioen gaan met de gedachte: nu enkel nog genieten, genieten, genieten, vrijheid, vrijheid, vrijheid. Geloof me: dat hou je geen 20 jaar vol. Na verloop van tijd wil je toch opnieuw zin en betekenis geven aan je leven.”

'Relaties en seks horen nu eenmaal bij het leven' 

Seks en ouderen: een taboe?

Els Messelis haalde meermaals het nieuws met haar onderzoek naar seksualiteit en intimiteit bij ouderen.
Els: “Een delicaat onderwerp, waar nog altijd een taboe op rust. Oudere generaties hebben nog altijd moeite om erover te praten. Ze zijn opgegroeid met het beeld van de aseksuele senior. Seks diende enkel voor de voortplanting. Eens de menopauze voorbij, was ook het seksleven voorbij. Terwijl: we zijn allemaal seksuele wezens. Relaties en seks horen nu eenmaal bij het leven, zelfs tot op hoge leeftijd. Gek genoeg slaat de slinger vandaag door naar de andere kant: elke oudere hoort een fantastisch seksleven te hebben. Ja, dat is nu ook niet echt realistisch."

Meer weten?
Download onze brochure 'Een b(r)oek vol goesting. Seksualiteit … ver weg van mijn bed?' gratis. Klik hier.

Daten na je 50ste: (zo) doe (je) het!

19-09-2022

(Weer) vrijgezel na je 50ste? Niet altijd even makkelijk. Het is misschien al even geleden dat je nog een afspraakje hebt gehad … Maar je verlangen naar gezelschap, intimiteit en seks verdwijnt niet zomaar. Seksuologe en ‘Blind Getrouwd’-experte Sybille Vanweehaeghe geeft tips voor daten en omgaan met seksualiteit op latere leeftijd.

Een nieuwe relatie na je 50ste, is dat realistisch? “Natuurlijk, waarom zou dat niet zo zijn? Het is een grote misvatting dat oudere mensen niet bezig zijn met relaties en seksualiteit, of dat niet belangrijk vinden. Ik deed ooit onderzoek naar seks op latere leeftijd en je zou versteld staan hoe actief ouderen zijn. Zelfs 80-plussers”, steekt Sybille van wal.

Hoe ouder, hoe kieskeuriger?

Als je een bepaalde leeftijd hebt, ben je vaak kritischer. Ben je dan ook kieskeuriger als je op latere leeftijd op zoek gaat naar een partner? “Zeker, en gelijk heb je. Wat ben je met iemand die niet op dezelfde golflengte zit? Maar let wel op dat je je niet te hard vastpint op de eisen die je zoekt.”

Tijd is een belangrijke factor. Na een lange relatie moet je al gauw enkele jaren – ja, jaren – rouwtijd rekenen.

“50-plussers staan doorgaans realistischer in het leven. Ouderen weten wat ze willen en vooral: wat ze níet willen. Ze hebben voldoende ervaring – een rugzak. En daaruit kunnen ze heel wat voordeel halen, zodat ze niet in een verkeerde relatie stappen. De rugzak kan dus een enorm pluspunt zijn. Als je er zelfbewust mee omgaat, is de kans groot dat je een partner vindt”, weet Sybille.

Rouw na een relatiebreuk

Maar wat als je ervaring vooral negatief is? Als je verlaten werd door je vorige partner(s) bijvoorbeeld? “Dat kan een harde dobber zijn en een trauma veroorzaken. Als je zoiets niet op een realistische manier verwerkt (hebt), kan je weleens wantrouwig worden. En dat helpt niet als je opnieuw gaat daten”, zegt de seksuologe.

Daarom wijst ze ook op het belang van de rouw na een relatiebreuk. “Tijd is een belangrijke factor. Na een lange relatie moet je al gauw enkele jaren – ja, jaren – rouwtijd rekenen. Let op, dat wil niet zeggen dat je je moet opsluiten. Begin gerust te daten, doe ervaring op, leer het landschap kennen.”

Laat het los

Het is niet omdat de klik voor een mogelijke relatie ontbreekt, dat je geen fijne avond of interessante babbel kan hebben met iemand.

Neem dus de tijd om te daten. “Wees niet te treurig of teleurgesteld als een date op niets uitdraait. Stel je positief op. Het is niet omdat de klik voor een mogelijke relatie ontbreekt, dat je geen fijne avond of interessante babbel kan hebben met iemand. Je leert er veel uit, ook voor jezelf”, benadrukt Sybille.

“Uit de praktijk blijkt dat mensen jaren op zoek zijn naar de juiste partner. Klamp je niet vast aan het idee van een relatie. Na een relatiebreuk is dat een deel van het verwerkingsproces, want je wil zo snel mogelijk weer samen zijn met iemand. Het klinkt cliché, maar op het moment dat je dat loslaat, maak je veel meer kans om de ware tegen het lijf te lopen.”

De wildernis van het daten

Natuurlijk stuiten mensen bij 50-plus dating ook op een aantal moeilijkheden. “Het grootste probleem is dat je terechtkomt in een soort wildernis, met tal van profielen en mogelijkheden. Zeker als je nooit of al lang niet meer gedatet hebt. Maar overwin je koudwatervrees en duik erin. Het is beter om te proberen en te bewegen dan in slaap te vallen.”

“Voor vrouwen van 50-plus is daten moeilijker dan voor mannen. De reden? Mannelijke 50-plussers zijn vaak meer geïnteresseerd in een veertiger. Iemand van dezelfde leeftijd vinden ze minder aantrekkelijk. Dat is in de loop van de tijd cultureel zo gegroeid. Pas wanneer mannen 65 of ouder zijn, gaan ze op zoek naar iemand van hun leeftijd.”

Tips: waar moet je op letten?

  • Verken de wereld van het online daten. Er bestaan heel wat datingsites en –apps. Durf deze zeker af te schuimen. Ja, zelfs Tinder! (ontdek onze review over Tinder hier!) Toch liever voorzichtig? Er bestaan ook gespecialiseerde websites waar je terecht kan vanaf 50 jaar. Controleer of de datingsite het keurmerk ‘veilig daten’ draagt. Dat is een Nederlands keurmerk, maar veel Nederlandse websites hebben ook een Belgische poot. Schrikt het digitale je toch af? Kom met al je vragen naar een Swipecafé in jouw buurt en onze digi-vrijwilligers helpen je verder!
  • Wees realistisch en stel jezelf voor zoals je bent. Het brengt niets op om te liegen en valse verwachtingen te creëren. Kies bijvoorbeeld een recente foto, of laat een kennis uit jouw omgeving een profiel aanmaken. Vrienden of familie kennen je soms beter dan dat je jezelf kent.
  • Geen fan van online daten? De ‘ouderwetse’ manier kan ook, en werkt soms zelfs beter! Word bijvoorbeeld lid van een sport- of hobbyclub, ga op reis of neem deel aan één van onze uitstappen. Bekijk de activiteiten van een S-Plusgroep in jouw regio.
  • Neem het touw in eigen handen en wees niet bang om initiatief te nemen. Stuur dat berichtje maar. Wie niet waagt, wie niet wint!
  • Met elkaar chatten is leuk, maar het mag niet eindeloos duren. Anders bouw je een ideaalbeeld op en dat valt dan compleet in duigen als je elkaar toch uiteindelijk ziet. Spreek zo snel mogelijk af in het echt. Toch angstig? Zoek een leuke locatie in het openbaar uit, zoals een café of een restaurant.
  • Toch nog niet klaar voor een echte ontmoeting? Probeer dan eerst te videochatten.
  • Stel je positief op. Praat niet de hele tijd over problemen die op je pad kwamen of liggen, dat is niet het juiste moment. Wees open, zoek oogcontact en let op je lichaamstaal.
  • Vind een goed evenwicht tussen zelf praten, vragen stellen en met interesse luisteren.
  • Weet dat de andere persoon ook kan kiezen om je nadien te negeren. Dat ligt niet per se aan jou als persoon. Niet iedereen is eerlijk of sterk genoeg om te zeggen dat het niet verder kan gaan.
  • Toch nog niet klaar voor een nieuwe relatie? Forceer het niet.  Maak dat duidelijk aan de persoon met wie je op date gaat. Een leuke babbel zonder verwachtingen kan ook al leuk zijn. Geniet vooral, en wie weet leer je zo nieuwe mensen kennen.

Wie is Sybille Vanweehaeghe?

Sybille Vanweehaeghe is een erkende klinisch seksuologe en erkende relatie- en gezinstherapeute. Ze heeft een privépraktijk in Gent. Daarnaast is ze ook al enkele jaren een van de experten in het tv-programma ‘Blind Getrouwd’.

Dit artikel werd ontwikkel door Solidaris, als onderdeel van de ‘ik blijf mezelf’ campagne

Hartenwens: sterrenkok voor een dag

11-10-2021

Al jarenlang laat S-Plus dromen van kwetsbare ouderen in vervulling gaan dankzij het project Hartenwens. Door corona lag het project even stil. Maar dromen blijven. Dit jaar was het de beurt aan Roza. Haar ultieme droom? Kijken hoe het er aan toe gaat in de keuken van een sterrenrestaurant.

Roza (84) woont tegenwoordig in een serviceflat in Meerhout. Maar ze heeft vroeger 32 jaar lang gewerkt als hulpkok in de keuken van het gemeenschapsonderwijs. Haar passie voor koken is nooit verdwenen en ze wou al jaren eens weten hoe het er aan toe gaat in de keuken van een sterrenrestaurant. Die droom ging op donderdag 7 oktober eindelijk in vervulling dankzij het project Hartenwens. Samen met actrice Chris Lomme, meter van het project, mochten ze een kijkje nemen in de keuken van sterrenrestaurant Colette te Averbode.

Roza was diep onder de indruk wanneer ze de werking van de keuken zag, want het was totaal iets anders dan haar vroegere werkomgeving. Daar bereidde ze elke dag maaltijden voor 85 scholieren, maar dat was natuurlijk dagelijkse kost. De specialere gerechten die in een sterrenkeuken worden bereid, had ze nooit moeten maken, want dat zouden de scholieren niet gelust hebben. In de sterrenkeuken van chef Thijs Vervloet keek ze haar ogen uit. En het bleef niet bij enkel kijken, ze mocht ook een handje toesteken bij de voorbereidingen. Ze hielp bij het maken van Canalés, een koekje uit de streek rond Bordeaux in Frankrijk.

Ook Chris Lomme was zeer enthousiast en vond het fantastisch om te zien. Ze is zelf een fanatieke bewonderaarster van de verschillende keukens. Maar die van een sterrenrestaurant had ze nog nooit van dichtbij gezien.

Thijs Vervloet, de chef van restaurant ‘Colette’, was op zijn beurt ook onder indruk. Hij vond het een hele eer om Roza te mogen ontvangen en zo haar droom in vervulling te laten gaan. Voor hem was het ook een bijzonder gebeurtenis. Thijs heeft namelijk leren koken van zijn grootmoeder. Maar vandaag waren de rollen omgedraaid en mocht hij een grootmoeder wat kennis bijbrengen en haar zo een unieke dag laten beleven.

Het volledige interview kan je hier beluisteren.

 

Sterrenkok

 

Sterrenkok

 

Sterrenkok

 

Sterrenkok

 

Sterrenkok

In gesprek met Ann Peuteman

29-06-2023

Ann Peuteman, journaliste bij Knack, verdiepte zich de voorbije jaren in het leven en de rechten van ouderen. Vorig jaar bracht ze haar boek ‘Rebels – Het verzet van 75-plussers’ uit. Een boek dat het verhaal vertelt van 12 ouderen die zich verzetten tegen de manier waarop de samenleving hen behandelt, betuttelt en soms ook negeert.

Ouderen hebben te kampen met heel wat vooroordelen. Zo willen ze vooral rusten, zitten ze met een dekentje voor televisie, zijn ze moe en futloos … Dat eenzijdige beeld wordt keer op keer bevestigd door de media en in reclame. Maar dit beeld geldt niet voor de meerderheid van de ouderen. Met ‘Rebels’ wil Ann Peuteman ouderen laten zien hoe ze echt zijn en hen zoveel mogelijk zelf aan het woord laten.

‘Rebels’ vertelt het verhaal van 12 ouderen, allemaal verschillende zeventigers en tachtigers. Hoog of laag opgeleid, zorgbehoevend of in uitstekende gezondheid, thuiswonend of bewoner van een woonzorgcentrum. Ze vormen een dwarsdoorsnede van de ouderen van vandaag.

Tijdens de interviews die Ann deed met honderden mensen ter voorbereiding van haar boek, kwamen er een aantal hindernissen naar boven die mensen ervaren om te blijven wie ze altijd zijn geweest. Zo vinden de meesten het verschrikkelijk dat hun mening over wezenlijke zaken nooit meer wordt gevraagd. Ook gaven velen aan vanaf een bepaalde leeftijd amper nog vrijwilligerswerk te vinden. Het gebrek aan dienstverlening van banken maakt ouderen kwaad. Ze zijn vaak gedwongen om geldzaken uit handen te geven, terwijl ze die nog perfect zelf kunnen beheren. Ook onaangepaste straten en pleinen of niet zelf kunnen kiezen wat ze willen eten of drinken zijn vaak gehoorde klachten.

In gesprek met Ann Peuteman

In het najaar organiseert S-Plus 5 gespreksmomenten met Ann Peuteman over haar project ‘Rebels’. Ann legt aan de hand van concrete ervaringen van 75-plussers uit wat het hen zo moeilijk maakt om te blijven wie ze altijd zijn geweest en om de regie over hun leven zoveel mogelijk zelf in handen te houden. Ze leert ons hoe het anders kan en gaat uitgebreid in gesprek met het publiek.

Gezocht: leesmaatjes!

10-08-2023

Leesmaatjes is een project van S-Plus dat in 2024 in West-Vlaanderen zal lopen. We willen hiermee thuiswonende personen met dementie, hun mantelzorger en vrijwilligers samenbrengen om in groep te lezen en hun ervaringen hierover te delen. Er wordt luidop voorgelezen, om tussendoor en nadien lees- en luisterervaringen met elkaar te delen. Tijdens de leespauzes staat de leesbeleving centraal: deelnemers vertellen wat de tekst met hen doet.

Om het project te lanceren zijn we nog op zoek naar geëngageerde vrijwilligers. Zij krijgen de kans om een workshop van Linc vzw te volgen waar er wordt stilgestaan bij de voorleesomgeving, de keuze van een goed voorleesboek en de verschillende werkvormen die je kan gebruiken bij het voorlezen aan personen met dementie. Iedere deelnemer krijgt een uitgebreide boekenlijst.

De workshop vindt plaats op 23 november 2023 om 14.15 u. (duur: 2,5 uur) in het Solidaris gebouw in de Zilverstraat 43, 8000 Brugge.

Contact?
Ben jij geëngageerd om een Leesmaatje-vrijwilliger te worden?
Schrijf je dan in voor de opleiding via
E: info@s-plusvzw.be
T: 02 515 02 06

We zijn allemaal jong geweest

04-05-2020

Onze jeugd. Sommigen denken er met heimwee aan terug. Sommigen zijn blij dat die intense periode van opgroeien, op eigen benen leren staan en experimenteren voorbij is. Hoe beleven onze jongeren vandaag die periode? Hoe anders is dat t.o.v. pakweg 50 jaar geleden? We vragen het aan de jeugd van vandaag, én aan die van gisteren.

Daniël Paermentier (71) is voorzitter van S-Plus Wortegem-Petegem. Hij is er een gekend figuur, zo blijkt in café ’t Oud Gemeentehuis, waar we afgesproken hebben. We ontmoeten er Niels Sturm (21), hoofdmonitor en healthie bij Joetz vzw.

Niels, hoe is het om jong te zijn in 2020?

Niels: “Heel erg leuk! Toen ik 16-17 jaar was, ging het vooral om uitgaan. Zelf was ik vrijwilliger bij het Rode Kruis en kwam ik eigenlijk vooral als vrijwilliger op fuiven. Nu we iets ‘ouder’ zijn, is dat aan het veranderen. We gaan niet meer zoveel uit.  We gaan vooral naar festivals, zoals Rock Werchter of Tomorrowland, en heel veel bij vrienden thuis. Of we gaan bowlen of paintballen. We doen eigenlijk eerder activiteiten samen dan echt uitgaan.”

Hoe zag een uitgaansavond er uit voor jullie?

Niels: “Een fuif vandaag start maar tussen 22 u. en 23.30 u. De hype is nu om eerst thuis alcohol te drinken en dan naar de fuif te gaan. Jongeren doen dat omdat drank op fuiven erg duur geworden is. Thuis wordt er al sfeer gemaakt. In mijn vriendenkring zorgen we altijd dat er 2 BOB’s zijn, omdat taxi’s te duur zijn. Vroeger reed je al snel dronken op de fiets naar huis. Vandaag krijg je dan boetes of nemen ze je rijbewijs af.”

Daniël: “Op een uitgaansavond ging ik mijn vrouw al oppikken rond 19.30 u. Om middernacht moesten we terug thuis zijn. We gingen naar dancing Het Lindenhof en we dronken daar een pintje en rookten 2 à 3 sigaretjes. Ik dronk niet veel. Het was de gewoonte dat de man alles betaalde voor de vrouw. Ik had toen nog niet veel gewerkt, dus kon ik ook niet veel uitgeven.”

Drank, drugs, sigaretten… wordt / werd er veel geëxperimenteerd?

Daniël: “Volgens mij wel. Ik zie dat bij mijn kleinkinderen. Ze zijn 17 en mogen al eens weggaan. Ze tasten hun grenzen af, denken dat ze kunnen drinken. En dan loopt het al eens mis. Ik waarschuw hen ook altijd dat ze hun glas niet uit het oog mogen verliezen.”

Niels: “Daar letten wij binnen onze vriendengroep ook erg op. Het is ooit wel eens gebeurd, op Tomorrowland. Je drinkt daar iets, er loopt een massa volk rond. En plots voelden 2 vrienden zich niet goed. Uit een test bleek dan dat er een soort chemicaliën in hun bloed zat, terwijl ze absoluut niets hadden genomen. En dat gebeurt best wel vaak. Ik zie het ook wanneer ik werk als ambulancier. Er zijn veel namaakmiddelen op de markt en die kosten bijna niets. En dan doen ze dat in iemand zijn glas, voor de kick.”

Daniël: “Dat hebben wij zeker niet gekend. Het was helemaal anders, ieder zat in zijn ‘compartimentje’. Als we wilden dansen, lieten we gewoon ons glas staan.”

Niels: “Drugs zijn veel maatschappelijker aanvaard dan pakweg 5 jaar geleden. Binnen de jeugd dan toch. Middelen zoals lachgas of de waterpijp komen op. Terwijl alcohol, naar mijn gevoel, aan het minderen is. Als je teveel drinkt, ben je ambetant, bij softdrugs heb je veel minder uitgesproken effecten. Er wordt al snel iets genomen om in een lichte roes te raken. Met harddrugs ben ik nog niet in aanraking gekomen, dat is een ander verhaal. Ook mag je eigenlijk niet roken of sterke drank gebruiken voor je 18 bent. Er is dikwijls politie aanwezig op fuiven, die hier op toekijkt.”

Daniël: “Bij ons werd er nog wel veel gerookt. In het leger kregen we onze sigaretten heel goedkoop, voor 2 frank i.p.v. 6 frank. Dat was eigenlijk een aanmoediging om te roken. Ik bracht ze ook mee voor mijn vader, groene Michel was dat. We waren dat ook zodanig gewoon. Na het eten in het leger waren we vrij. We lagen dan op ons bed, met een sigaret. Dat was kameraadschap.”

Niels: “Roken is bij de jeugd vandaag hard verminderd. Ik ben net terug van een vormingsweekend met Joetz. Daar waren 50 jongeren, waarvan slechts 2 rookten. Jongeren zien veel meer mensen rond hen die vroeger rookten en nu ziek worden. Je mag op veel plaatsen niet meer roken. Op school worden er lessen rond gegeven. Dat zorgt er allemaal voor dat roken veel minder aanvaard wordt. Ook roken er veel minder ouders. Vroeger waren mensen minder op de hoogte van de schadelijke gevolgen van roken. Nu kan je daar niet meer omheen. Wat dan weer niet wil zeggen dat 15-16-jarigen nooit eens een sigaret proberen.”

Daniël: “Dat is hetzelfde als met een eerste pintje. Dat hoort bij je vrijheid krijgen. Maar de voorlichting is vandaag veel beter dan vroeger, op alle vlakken. Mijn ouders hebben nooit over seks gesproken. Ook op school kwam het niet aan bod. We moesten alles zelf ontdekken. Wat ook plezant was natuurlijk.” (lacht)

Daniël, hoe heb je je partner leren kennen?

Daniël: “We waren eigenlijk buren. We zagen elkaar wel eens op buurtkermissen of familiefeesten. Op mijn plechtige communie, mocht ik me bij hen gaan tonen.  Zo was er al een eerste contact. Nadien zag ik haar dikwijls aan de school en zo is dat beginnen groeien. Na de kermis zijn we eens samen naar huis gefietst en in een zijwegje gestopt. Zo begon dat. Een beetje praten, samen naar school fietsen in Oudenaarde. Ik was toen 17, zij was er 16.”

Dat klinkt een pak romantischer dan Tinder en andere datingapps. Zijn die vandaag een vast onderdeel van het zoeken naar een partner?

Niels: “Mensen zijn heel kieskeurig geworden. Ik merk dat ook aan mezelf. Op een app zoals Tinder kan je op basis van foto’s gewoon ja of nee selecteren, zonder dat je iemand rechtstreeks kwetst. Tinder is ook heel snel, je hebt bij wijze van spreken 30 mensen op een avond gezien. Als je uitgaat, is de stap veel groter om op iemand af te stappen dat op Tinder iemand een like te geven en wachten of die persoon jou ook leuk vindt. Dan kan je een berichtje sturen of eens afspreken. In onze ogen gaat dat veel makkelijker dan echt naar meisjes toegaan. Al moet je ook wel opletten voor valse profielen of mensen met slechte bedoelingen. Tieners vandaag zitten minder op Tinder, ze gebruiken eerder TikTok (social media app om korte muziekvideo’s mee te maken en te delen) of Snapchat (app voor het delen van foto’s of video’s). Bij de twintigers is Instagram (app voor het delen van foto’s en video’s) dan weer erg populair. Maar dat verschuift allemaal erg snel.”

Daniël: “Bij mijn generatie is Facebook populair. Het is een belangrijk medium om activiteiten te promoten. Maar persoonlijke dingen zet ik er zelden op, iedereen kan dat volgen. Verder gebruik ik mijn smartphone ook voor Google en Messenger. En om het voetballen van mijn kleinzoons te volgen.” (lacht)

Is een ouder, of een grootouder, vandaag nog hetzelfde als 50 jaar geleden?

Niels: “Nee, dat is erg veranderd. Ik zie dat in mijn opleiding als orthopedagoog maar ook in mijn eigen gezin. Mijn mama is eigenlijk meer mijn vriendin. Maar ze staat er wel als het nodig is. Als ik uitging en ik was niet thuis op het afgesproken uur, trad ze wel op als een strenge moeder. Ik durf mijn mama alles vertellen, ook als er iets gebeurd was. Mama was zelden boos, ze probeerde eerder door te praten mij terug op het rechte pad te krijgen. Dat soort opvoeding wil ik ook graag meegeven aan mijn kinderen later.”

Daniël: “Mijn ouders waren ook niet streng. Ik deed mijn best op school en was redelijk vrij. Ze maakten zich daar geen zorgen in. Ouders waren dikwijls lager geschoold dan hun kinderen en konden minder helpen bij de lessen. Tuurlijk, als mijn moeder iets zei, werd er niet gediscussieerd. Dat ligt nu totaal anders. Kinderen zijn veel mondiger. Mijn moeder had al veel meegemaakt, ook een oorlog. En zij gaf mij de opvoeding zoals ze die zelf ook gekregen had. Ik kreeg ook wel eens slaag op mijn kaken. Maar echt streng waren ze niet.”

Hoe ziet onze jeugd vandaag de toekomst?

Niels: “Eén van mijn grootste zorgen is werk vinden. Ik wil wel mooie diploma’s halen, maar ik wil ook niet overgekwalificeerd zijn. Dat speelt heel hard nu. Je hebt een diploma nodig om een goeie job te krijgen, maar je diploma mag ook niet té goed zijn. De balans daar vinden is moeilijk.”

Daniël: “De jeugd heeft vandaag veel meer mogelijkheden dan wij vroeger. Ik heb mechanica gestudeerd, maar dan heb je nog geen kennis van administratie. Uiteindelijk heb ik er nooit iets mee gedaan. Na mijn legerdienst ben ik bij de post terecht gekomen. Maar ook wij maakten zich toen veel zorgen in het vinden van werk. Dàt is alleszins niet veranderd.” (lacht)

De kunst van het verliezen ...

04-05-2020

Meer dan 1 op de 3 slachtoffers van zelfdoding in Vlaanderen is ouder dan 65. Bij de 60-plussers, gaat het zelfs om bijna de helft van de slachtoffers, volgens de cijfers van het Agentschap Zorg en Gezondheid. Toch leeft het idee dat psychotherapie geen baat meer zou hebben bij ouderen. Luc Van de Ven, ouderenpsycholoog, spreekt dit tegen. In zijn boek ‘Troost’ probeert hij aan de hand van verschillende psychologische thema’s moeilijke onderwerpen rond het ouder worden aan te kaarten en ziet hij uitdagingen voor professionele hulpverleners bij het begeleiden van ouderen met psychologische problemen.

Merk je als ouderenpsycholoog dat er meer vraag is naar therapie?

Luc Van de Ven: “We merken dat de drempel naar psychologen verlaagd is bij ouderen, ze zetten makkelijker de stap in vergelijking met 20 à 30 jaar geleden. Ook verwijzen huisartsen sneller door naar klinische psychologen. We kunnen dus wel stellen dat er een beweging aan de gang is, hoewel we nog tal van voorbeelden tegenkomen waar de situatie te ver is en er een opname in de psychiatrie nodig is. Dit had in een aantal gevallen vermeden kunnen worden als er vroegtijdig ingegrepen was.”

We merken dat de drempel naar psychologen verlaagd is bij ouderen, ze zetten makkelijker de stap in vergelijking met 20 à 30 jaar geleden

Zijn psychologische problemen nog steeds een taboe voor ouderen waardoor ze niet tijdig aan de bel trekken?

Luc Van de Ven: “Het zit complex in elkaar. Hoogbejaarden zijn nog opgegroeid met de visie ‘spreken is zilver en zwijgen goud.’ Toch zien we een veranderende beweging rond het praten over problemen, vooral bij vrouwen want mannen vinden dat nog steeds een teken van zwakte. Bij jongsenioren merken we dat er meer vraag komt naar koppel-relatietherapie, oudere senioren hebben nog eerder schaamte om hiervoor hulp te zoeken. De drempel ligt voor hen wat hoger, maar hier wordt dus zowel door professionelen als door senioren zelf aan gewerkt.”

Met welke problemen komen de meeste ouderen bij jou?

Luc Van de Ven: “Er zijn toch een aantal grote thema’s die bij mij aan bod komen, zoals de belasting voor partners van personen met dementie, maar vaak komen mensen ook bij mij met relatieproblemen, ze zijn net met pensioen en zitten op elkaars lip bijvoorbeeld. Ook individuele therapie, zoals bemoeilijkte rouw, is iets dat ik tegenkom in de praktijk. Jammer genoeg is niet alles oplosbaar of te genezen.  Soms zit je in een realiteit die onveranderbaar is. Wat ik wel kan doen, is mensen er mee laten omgaan,  ze begeleiden in de veranderende situatie.”

Je bent zelf 60+, word je persoonlijk geconfronteerd met de moeilijke facetten van het ouder worden?

Luc Van de Ven: “Uiteraard. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld ook voor een cardioloog, ook die kan aan hartfalen lijden. Zo word ik dagelijks geconfronteerd met het ouder worden. De confrontatie in de therapie is niet noodzakelijk negatief. Soms haal je er ook persoonlijke troost uit. Je komt als therapeut vaak verhalen tegen van mensen of families die je kunnen helpen. Je kan leren uit die situaties. Je hoort verhalen hoe het echt niet moet, maar de dag nadien ontmoet je dan weer een familie waar veel tederheid en mildheid leeft. Hierin vind je dan weer troost.”

Jammer genoeg is niet alles oplosbaar of te genezen.  Soms zit je in een realiteit die onveranderbaar is

In 2014 schreef je het boek ‘Troost’.

Luc Van de Ven: “Inderdaad, met dit boek wilde ik voor een breed publiek, zowel voor mensen die niet in de sector werken als voor professionele hulpverleners, de verschillende psychologische thema’s bundelen waar ouderen meer geconfronteerd kunnen worden. Ik wil dat de lezer vooral een aantal dingen onthoud.  Eerst en vooral dat verlies een centraal begrip is bij ouder worden. Wie kan bevredigend oud worden? Dat is diegene die kan verliezen, diegene die de kunst van het verliezen beheerst. En daar moeten de meeste mensen aan wennen. Ook het belang van een vertrouwenspersoon voor een oudere is iets dat ik de lezer wil meegeven. Is er in het leven van de oudere een vertrouwenspersoon, waar hij of zij alles kan tegen zeggen? Uit onderzoek blijkt namelijk dat je zowel op fysiek als psychologisch vlak sterker in het leven staat als je zo een persoon hebt. Meestal is dat iemand van de familie of een intieme vriend, maar het kan ook een hulpverlener zijn en dit in alle geledingen van de zorg. Tot slot wil ik in mijn boek ook het belang van de context aankaarten. Probeer het hele plaatje te zien als professionele hulpverlener, alleen dan kan je makkelijker ingrijpen in de situatie van de oudere.”

1/3 slachtoffers van zelfdoding zijn 65 plussers. Hoe komt het volgens jou dat dit cijfer zo hoogt ligt?

Luc Van de Ven: “In elk geval is gebleken dat mannen boven 75 jaar dubbel zoveel kans hebben op suïcide dan alle mannen en vrouwen op andere leeftijden in Vlaanderen. We kunnen natuurlijk gissen naar de reden waarom het cijfer voor deze groep zo hoog ligt. Minder makkelijk praten, het op kroppen… kunnen redenen zijn. Het is ook opvallend dat in Nederland het percentage suïcide lager ligt dan in Vlaanderen en dat West-Vlaanderen er in Vlaanderen met kop en schouders bovenuit steekt.”

Nochtans lijkt het dat het professioneel opvangnet voor ouderen boven de 65 jaar toch als minder belangrijk wordt beschouwd. Er is ook geen terugbetaling voor psychologische zorg voor 65-plussers.

Luc Van de Ven: “Dat is erg. Uiteraard begrijp ik wel dat wanneer we het financiële plaatje en de tekorten van de verschillende regeringen bekijken, ze niet alles kunnen doen, maar deze keuze is natuurlijk intriest. Het lijkt wel of het psychisch welzijn van mensen niet meer belangrijk is eens ze op pensioen zijn. Dat is een denkfout, want het reikt vaak ook verder dan enkel die ene persoon. Bijvoorbeeld: 3 dochters rond 40 à 50 jaar moeten bijspringen omdat hun mama depressief is en te veel alcohol drinkt. Op deze manier kunnen ze niet meer werken en laten ze hun eigen gezin in de steek. Ze krijgen hierdoor zelf een burn out en kunnen niet meer functioneren en worden uiteindelijk zelf patiënt. Het niet ingrijpen op de situatie van die ene dame kan effect hebben op meerdere personen die wel nog mee produceren in onze maatschappij. Psychologische zorg voor ouderen is dus zeker van belang.”

Alleenstaand, maar niet altijd eenzaam

20-01-2020

Dat ‘singles’ er zijn in alle kleuren en geuren weten we intussen al. Net zoals dé senior niet bestaat, bestaat ook dé single niet. Vorige editie lieten we een happy single van 53 aan het woord, vandaag spreek ik af met Willy Seeuws. Hij is oud sp.a senator, 88 jaar en ‘single’. Hij is sinds 2 jaar weduwnaar, en verhuisde na de dood van zijn vrouw naar het centrum van Gent. Terug naar zijn ‘roots’, zoals hij zelf zegt. Dicht bij zijn oude kameraden. Ik ontmoet hem op zijn serviceflat aan de Tichelrij.

Je woont mooi Willy. Ben je tevreden hier?

"Ja! Absoluut! Ik ben gesteld op mijn privacy. Hier kan ik het inrichten naar mijn eigen smaak, kan ik luisteren naar mijn eigen muziek. Je doet wel een sprong in het onbekende uiteraard. Niet evident op je 88ste. Maar ik was hier 2 dagen, en voelde onmiddellijk dat ik gerustgesteld was. Je bent volledig vrij, maar als het nodig is, staan ze hier onmiddellijk voor de eerste hulp. Dat geeft wel een veilig gevoel. Dat doet hier graag wonen. De flat ligt in het centrum van Gent en dat is een voordeel. Ik kan overal te voet naartoe. Hier zijn bovendien veel oude vrienden, die vroeger wat meer gespreid woonden. Er zijn 2 verdiepingen bijgebouwd, en nu zijn er een aantal kennissen komen wonen. Dat was niet zo afgesproken, maar is wel handig.”

Ik zie hier meer mensen dan waar ik vroeger woonde

Je voelt je niet alleen?

“Ik zie hier meer mensen dan waar ik vroeger woonde. We bellen elkaar op, en spreken dan af beneden in het resto. Dat doen we maandelijks. Een aperitiefje drinken en wat bijpraten. Om een keer samen te zijn.

4 maanden geleden woonde ik nog in een groot huis in Drongen waar ik met mijn vrouw heb gewoond. Toen mijn vrouw ziek is geworden, was ik bij wijze van spreken ook al alleen. Op den duur doe je niets anders meer dan ‘zorgen voor’. Haar verzorgen, maar ook boodschappen doen, het hele huishouden. Ik heb wel altijd mijn activiteiten kunnen voortzetten. Toen ze stierf was ik echt alleen. Die klap was wel brutaal. En daar, in dat huis, werd ik steeds met haar beeld geconfronteerd. Ik zag haar zitten op haar plaats aan tafel. Dat heb ik hier niet, omdat ze hier nooit fysiek geweest is. Ook het onderhoud van het huis werd te zwaar. Maar het was toch vooral voor de confrontatie met haar afwezigheid. Minder overdag, omdat je dan bezig bent, maar vooral ’s morgens en ’s avonds, omdat je er dan tegen op botst. Ik was opgelucht dat ik naar hier kon verhuizen. Je bouwt iets nieuws op, al blijf je natuurlijk alleen. En dan heb ik nog geluk. Ik ben omringd door oude vrienden, en mijn kinderen helpen me waar ze kunnen. Mensen die helemaal alleen zijn ... dat is nog iets anders.”

Waarom denk je dat vele ouderen zo lang in hun huis blijven wonen?

“Mijn poetsvrouw komt bij vele ouderen die in hun oude huis wonen en die vaak nog een trap moeten opkruipen. Ze ziet soms erge dingen. Zo komt ze bij een oudere alleenstaande dame. Ze had haar aangeraden om ook eens naar een serviceflat uit te kijken. Maar ze klampt zich vast aan haar huis. Ze wil zich niet meer verplaatsen.

Ik had ook wel wat schrik voor het onbekende moet ik toegeven. Maar ik was wel voorbereid. We hadden ons een 7-tal jaar geleden al ingeschreven. Ik kende het al, omdat ik hier vrienden had. Ik wou mijn vrouw overtuigen om naar hier te komen toen ze ziek werd. Het had gemakkelijker geweest om haar te verzorgen. Maar ze wou ook niet weg uit haar huis.

Toen ze hier hebben bijgebouwd, heb ik mijn kans gegrepen. Ik heb de eerste 44 jaar van mijn leven in Gent gewoond, nadien 44 jaar in Drongen. Als grap zeggen ze wel eens ‘en nu weer 44 jaar in Gent’, maar doe me dat niet aan! (lacht)”

Zijn er dingen waar je op stoot als alleenstaande, waar je vroeger niet bij stilstond?

“Je kan hier je maaltijden laten komen. Overdag wil ik graag mensen zien, dan eet ik elders. Maar ’s avonds laat ik eten brengen, een broodmaaltijd. Omdat ik het moeilijk had als single om juist te kunnen doseren. Ze lukken er blijkbaar nog steeds niet in om de hoeveelheden aan te passen aan kleine porties. De porties die aangeboden worden in de warenhuizen zijn nog vaak te groot. Hier kan ik elke dag vers beleg bestellen, en hoef ik niet dagen aan een stuk hetzelfde te eten. Ik moest vroeger veel weggooien.”

We zijn met een klein groepje van vrienden uit de jeugdbeweging van vroeger begonnen, met als insteek ‘zouden we niet nog eens een keer samen zingen?'

Welke rol speelt S-Plus in je leven?

“Ik ben zangleider van een S-Pluszangkoor. We komen op woensdagnamiddag samen in Gent. Ik steek daar redelijk veel tijd in. Teksten zoeken, partituren verzamelen, de voorbereiding, klankopnames doorgeven aan de technieker, opzoekingen op YouTube*.

We zijn met een klein groepje van vrienden uit de jeugdbeweging van vroeger begonnen, met als insteek ‘zouden we niet nog eens een keer samen zingen?’.  Maar het koor is blijven bestaan én gegroeid. Er komen veel alleenstaande dames, omdat ze zo de eenzaamheid doorbreken. Maar ook omdat het zingen zo leuk is. Het is een makkelijke manier om elkaar te ontmoeten. Soms moet ik zeggen ‘zwijgt nu ne keer’ voordat we kunnen beginnen. (lacht) Maar het moet leuk blijven, dus als ze veel babbelen wil dat zeggen dat ze veel te vertellen hebben. Dat moet ook kunnen.”

Je spreekt met veel passie over het zangkoor. Je zou het niet meer kunnen missen denk ik?

“Een paar dagen voor ons optreden dit jaar was ik flauw gevallen en moest ik een paar dagen in het ziekenhuis blijven. Dat was een ramp! Vanuit mijn ziekenhuisbed heb ik een aantal dingen geregeld. Ik kreeg ook hulp uit de groep. Dat deed enorm goed. Gelukkig kon ik er op het optreden zelf wel bij zijn. Want voorlopig wil ik het niet missen. Het houdt me fit. Moest dat wegvallen, het zou een enorm zwart gat zijn. Nu is dat zangkoor prioriteit voor mij. Alles moet eerst klaar zijn voor de zanggroep, daarna kan ik andere dingen doen.

Ondertussen zijn er een aantal goeie muzikanten bijgekomen, die graag spelen. Een vereniging doet veel voor de mensen. We halen ze toch even uit hun isolement. Al is het maar voor enkele uren. Ze hebben hun babbel gehad en zingen zich gelukkig. Ze kunnen er dan weer even tegen.”

Abonneer op S-Plus